De Blues doorheen de geschiedenis: Mississippi Delta Blues
![]() |
Mississippi Fred McDowell |
Wat vooraf ging
John Lee Hooker zei ooit: "I know why the best blues artists come from the Mississippi - 'cause it’s the worst state!". En hij had geen ongelijk: de Mississippi Delta was een extreem arme regio in de Verenigde Staten. Aan het begin van de jaren ‘30, het begin van de economisch depressie, was het gemiddelde inkomen er minder dan de helft van het nationale gemiddelde. Om je een idee te geven: minder dan 1% van de boerderijen beschikte er over elektriciteit!
Vooral kleurlingen leden onder deze armoede. Hun bezit was schaars en na de burgeroorlog ontstond het systeem van "sharecropping", een systeem vergelijkbaar met de leenheren uit de Europese middeleeuwen: de voormalige slaven kregen een lapje grond toegewezen dat ze mochten bewerken, in ruil moesten ze echter een groot deel van de opbrengst afstaan aan de landheer. Vaak leefden de arbeiders er nog in de oorspronkelijke slavencabines. De werk- en leefomstandigheden waren erbarmelijk en in sommige gevallen nog slechter dan tijdens de periode van de slavernij. Heel wat wetten waren niet van toepassing op de plantages, de macht van de sheriff eindigde aan de poort van de plantage. Sommige planters waren zelfs zo creatief dat ze een eigen munteenheid creëerden: het loon, dat afhankelijk was van de oogst, werd enkel uitbetaald en betaald in die munteenheid en de munt kon enkel op de plantage zelf weer uitgegeven worden. Waarbij de de plantage-eigenaar uiteraard woekerprijzen vroeg in de winkels die hij zelf uitbaatte. Veel families van sharecroppers doken diep in de schulden, schulden die onverbiddelijk werden overgedragen op de volgende generaties.
De ketens van de slavernij waren aldus vervangen door de ketens van de schuldenlast. En daarbovenop was er nog het diepgewortelde racisme dat ontegensprekelijk deel uitmaakte van de Amerikaanse leefgemeenschap. Een racisme dat nog werd aangewakkerd door de terreur van de Ku Klux Klan, een organisatie die tot doel had angst te verspreiden, te voorkomen dat Afro-Amerikanen een functie zouden bekleden in de maatschappij en het leven van de zwarten zo zuur mogelijk te maken.
Deze erbarmelijke omstandigheden, het arme, harde en eenzame leven van de sharecropper vormde de ideale voedingsbodem voor het ontstaan van een nieuwe vorm van muziek: de rauwe Delta Blues. In bluesmuziek vonden zanger én zijn publiek een emotionele uitlaatklep, een bliksemafleider, een vorm van satire én een vlucht uit de miserie van de dag.
Bluesmuzikanten zongen zich los van de blanke onderdrukking, ze waren de bard van de volkscultuur en genoten als artiest een heldenstatus. In de vorige aflevering vertelde ik je al hoe de blues werd opgevoerd in racistische Minstrel Shows en in Vaudeville shows. Op het platteland ontstonden er ook dansgelegenheden voor de zwarte bevolking: de "juke joints" en de "barrelhouses". Het waren duistere, gevaarlijke krochten waar van alles gebeurde dat het daglicht niet mocht zien. En waar muziek werd gemaakt, gespeeld en beleefd.
Juke Joints en Barrelhouses
De juke joint was in de beginjaren vaak niet meer dan een privéhuisje op het terrein van de plantage en was een weinig comfortabel oord. Het was er donker, stofferig en vuil. Rondom de juke joints stapelde zich heel wat afval op.De huisraad werd er aan de kant geschoven, er werd muziek gespeeld en flink gedanst. Later kwamen er ook juke joints aan de kruispunten van belangrijke wegen - de crossroads.
![]() |
De muziek in de juke joints evolueerde er van ragtime naar boogie-woogie en blues. Bezwete lichamen schuurden er tegen elkaar aan, men schonk er illegale whiskey, er werd gegokt en het gebeurde wel vaker dat de avond eindigde in een vechtpartij, soms zelfs met dodelijke afloop. De juke joint lag dan meestal ook buiten het zicht en buiten het bereik van de arm der wet. De plek werd gecontroleerd - en vaak getolereerd - door de plantage-eigenaar. En als de arbeiders maar hard genoeg werkten op het land, dan hield de plantage-eigenaar zich verder afzijdig.
Voor de Afro-Amerikaan was de juke joint echter een plek waar hij vrij was. Men kon er wekelijks de druk van de arbeid, de ontberingen en de blanke overheersing van zich afwerpen. In de juke joint was de zwarte als het ware “vrij”, de segregatie liet geen nieuwsgierige blanke blikken binnen. De juke joints waren zonde-huizen en een vrouw met enig aanzien bleef er ver uit de buurt - de meeste vrouwelijke artiesten vonden doorgaans een podium in de Vaudeville theaters - al waren er ook wel enkele opvallende uitzonderingen.
Ook in de zogenaamde "barrelhouses" werd dansmuziek gespeeld. De barrelhouse was een door witte mannen gerunde taverne, meestal gelegen nabij een spoorweg gelegen, waar gegeten, gedanst en gegokt werd.
Segregatie maakte dat de witte mannen en vrouwen geen toegang hadden tot deze dansgelegenheden. De blanken frequenteerden hun eigen, luxueuze balzalen. Rivierstoomboten brachten de witte feestvierders van dorp naar dorp om te feesten. En ook bij de blanken werd er gegokt en gedronken. Sommige van deze feesten werden opgeluisterd met muziek van een zwarte band - maar uiteraard speelde deze Afro-Amerikaanse band geen blues, want blues was de muziek van de duivel. Uit financiële overwegingen kende elke bluesartiest dus wel enkele ballads uit het populaire blanke repertoire. Diep in de Delta en in de bergen bleef de Afrikaanse muziek misschien relatief ongerept, dicht bij de rivier mengden verschillende muziektradities zich in het nieuwe genre: populaire walsen, ierse ballads en Europese klassieke melodieën lieten allemaal hun sporen na in de blues.
Dockery Farms
Mississippi Delta Blues
De blues die ontstond in de regio van de Mississippi Delta was weinig complex. Heel typerend is het gebruik van de slide-gitaar: met een mes, een stuk metaal of met de afgezaagde hals van een fles glijdt de muzikant over de snaren van zijn gitaar. De bluesman zingt een zanglijn van twee maten en beantwoordt deze zang met een korte, zangerige melodie op de gitaar, een zogenaamde "lick".
Lonnie Pitchford was een Amerikaanse bluesmuzikant die leefde tussen 1955 en 1998. HIj was een instrumentenmaker die ons met zijn “One String Boogie” laat horen hoe de diddley bow klinkt.
Resonator gitaar
Bij een National Steel guitar of Dobro gitaar (of resonator gitaar) wordt het geluid versterkt door een metalen klankkast ipv een houten. De resonators werden geproduceerd omdat ze luider klonken dan de klassieke gitaar en dus het rumoer van het publiek of het geluid van een orkest konden overstemmen. Uiteindelijk werd de resonator echter geliefd omwille van zijn speciaal geluid – vooral in bluegrass en in blues werd veel van het instrument gebruik gemaakt. Het geluid van de resonator is typisch voor de Delta blues.Het triumviraat: Charley Patton, Willie Brown en Son House
Ergens eind 1930, aan de oevers van de Mississippi, reed een oude Amerikaanse Buick de geschiedenis tegemoet. Aan boord zaten vier knappe heren en een frivole jongedame. Charley Patton had in de regio al heel wat faam verworven met zijn virtuoze bluestechniek - en ook een beetje met zijn clownerie. Willie Brown was al jaar en dag zijn muzikale compagnon. Louise Johnson was Patton’s liefje - althans aan het begin van de roadtrip. Want de nieuwkomer, Son House, zou haar, na een affaire op de achterbank, van hem afsnoepen. We vergeten de chauffeur nog: xx, een man die van Patton flink wat dollars had gekregen om zijn auto én zijn tijd te lenen voor een bluesavontuur waarover later nog veel zou gepraat en geschreven worden.
Ze hadden een lange weg af te leggen. En ondanks de afstand, de hitte, de whiskey die te snel vloeide, de gitaar die tot brandhout vernield werd, de knokpartij die voor oponthoud zorgde en de amoureuze escapades, bereikte het vijftal veilig en samenhorig de opnamestudio van Paramount. En die opnames zijn van onschatbare historische waarde!
Charley Patton (1891 - 1934)
- Pea Vine Blues - Charley Patton
- 34 Blues - Charley Patton
- Pony Blues - Charley Patton
- A Spoonful Blues - Charley Patton
![]() |
Charley Patton |
Scouting bij H.C. Speir
Eerste opnames van Charley Patton
Charley Patton was een virtuoos met zijn instrument. Hij vervormde zijn stem om verschillende typetjes te imiteren, vulde de tekst die hij zong aan met zijn slide gitaar en creëerde complexe polyritmische figuren met één instrument.
Patton's teksten zijn ook moeilijk te verstaan. Hij verlengt woorden en knipt zinnen louter in functie van de ritmiek.
Patton krijgt een tweede uitnodiging voor een opnamesessie
Willie Brown (1895 - 1952)
![]() |
Willie Lee Brown |
Son House (1902 - 1988)
![]() |
Son House |
Eerste opnames
![]() |
Son House |
Herontdekking en de "sixties revival"
Son House speelde tot op oudere leeftijd met een krachtige, eenvoudige, zuivere slide en bracht negro-spirituals met een beangstigende intensiteit. Hij liet zijn snaren knallen tegen de nek van zijn gitaar, predikte zijn eigen blues en kreunde als een ware holler.
Son House overleed in 1988 en had een grote invloed op onder meer Muddy Waters en Robert Johnson.
The Grafton Sessions
- All Night Long Blues (Take 1) - Louise Johnson
- Long Way From Home - Louise Johnson
- My Black Mama, Pt. 1 - Son House
- Death Letter Blues - Son House
- Preachin' Blues - Son House
- Mississippi County Farm Blues - Son House
- High Water Everywhere, Part 1 - Charley Patton
- High Water Everywhere, Part 2 - Charley Patton
Na de Grafton Sessions
De Blues en de duivel, een Afro-Amerikaanse legende
Robert Johnson (1911 - 1938)
- Cross Road Blues - Robert Johnson
- Milkcow Calf's Blues - Robert Johnson
- I Believe I'll Dust My Broom - Robert Johnson
- Me And The Devil Blues - Robert Johnson
- Hellhound On My Trail - Robert Johnson
- Terraplane Blues - Robert Johnson
Op zijn zevende had Robert dus al drie verschillende vaders gekend. Hij nam de naam van zijn natuurlijke vader, Noah Johnson, aan en huwde op zijn negentiende met een zeventienjarig meisje. Zijn jonge vrouw overleed echter kort nadien in het kraambed, samen met hun ongeboren kind. Haar familie en zijn omgeving verwijten hem dat haar dood het gevolg is van het feit dat hij de muziek van de duivel speelt.
Robert Johnson woonde het eerste deel van zijn leven op een plantage waar hij de bluesharmonica leerde spelen. Toch was het zijn wens om de gitaar te beheersen. R.J. keek op naar Charley Patton en Son House. De liefde was echter niet wederzijds: beide heren keken zeer betuttelend op hem neer.
![]() |
Robert Johnson |
Het duurde niet lang of Robert Johnson had op miraculeuze wijze gitaar leren beheersen. Deze prestatie bracht de fabel in de wereld dat Johnson zijn ziel had verkocht aan de duivel: hij zou op een nacht naar een kruispunt zijn gegaan om gitaar te spelen. Om middernacht werd hij benaderd door een grote, donkere man - de duivel - die hem zijn instrument afpakte, het stemde, en het hem, in ruil voor zijn ziel, terug in de handen stopte. Een dergelijk verhaal was al eerder uitgebracht door Tommy Johnson, een man waar Robert Johnson geen verwantschap mee had.
![]() |
Robert Johnson |
Wat er ook van zij, toen Robert Johnson in 1931 weer opdaagde, waren alle toeschouwers diep onder de indruk. Son House die Johnson voordien had afgewezen, twijfelde zelfs even of hij zelf het spel van de gitaar nog beheerste. Johnson had bij zijn terugkeer de traditie van de deltablues geabsorbeerd en verder uitgebreid met de stijl van Ike Zinneman, de melodie en akkoorden van Leroy Carr, de string picking van Scrapper Blackwell en Lonnie Johnson. En Robert Johnson beheerste de polyritmiek zo goed dat het leek alsof er meerdere artiesten samen aan het spelen waren.
Eens hij de skills had verworven, stapte Robert Johnson zelf naar het platenwinkeltje van HC Speir om een opname te laten maken. In november 1936 nam hij op een week tijd 16 nummers op, in juni 1937 kwamen er nog 13 nummers bij. "Terraplane Blues" was op dat ogenblik met 4000 exemplaren het best verkopende nummer, maar het succes van de opnames was in die tijd sowieso zeer beperkt. Ter vergelijking: in 1970 werden van het album "The Complete Recordings" maar liefst 400.000 exemplaren verkocht op zes maanden tijd!
De wetsdokter schreef het overlijden toe aan "syfilis", een geslachtsziekte die vaak voorkwam in de Afro-Amerikaanse gemeenschap. In die periode werden overlijdensaktes vaak onnauwkeurig opgesteld, zeker voor zwarte mannen of vrouwen.
Sweet Home Chicago - Robert Johnson
Tommy Johnson (1896 - 1956)
- Cool Drink Of Water Blues - Tommy Johnson
- Canned Heat Blues - Tommy Johnson
- Big Road Blues - Tommy Johnson
- Stop And Listen Blues - The Mississippi Sheiks
- Dark Road - Floyd Jones
- On The Road Again - Floyd Jones
![]() |
Tommy Johnson |
Tommy Jonson is geboren op een plantage in 1896 waar hij van een broer leerde gitaar spelen. Op jonge leeftijd liep hij weg van huis. Op Dockery's haalde hij veel inspiratie uit de muziek van Charley Patton en Willie Brown. Bovendien imiteerde hij de acrobatie door te spelen met de gitaar achter het hoofd of tussen de benen alsof hij een muilezel bereed. Toch ontwikkelde Tommy Johnson een eigen stijl met een sterke falsetto-zangstem en een dansbaar ritme. Hij was een sterke componist en tekstschrijver, stukken van zijn lyrics maken intussen vast deel uit van het bluesrepertoire. "I asked for water, and she gave me gasoline".
Johnson had een grote invloed op andere artiesten. The Mississippi Sheiks plagieerden zijn nummer "Big Road Blues" in hun "Stop and Listen Blues", Floyd Jones coverde het in "Dark Road Blues" en "On The Road Again", het nummer waarmee Canned Heat een rockhit scoorde.
Kokomo Arnold (1901 - 1968)
- Milk Cow Blues - Kokomo Arnold
- Old Original Kokomo Blues - Kokomo Arnold
- Sweet Home Chicago - Robert Johnson
- Kokomo Blues - Scrapper Blackwell
- Milk Cow Blues - Johnny Lee Willis
- Milkcow Blues Boogie - Elvis Presley
- Sagefield Woman Blues - Kokomo Arnold
![]() |
Kokomo Arnold |
De Milk Cow is een metafoor voor een verloren liefde. Arnold had met zijn nummer een grote invloed op Robert Johnson, die zijn "Old Original Kokomo Blues" omtoverde tot "Sweet Home Chicago". De "Milkcow Blues" werd ook bewerkt door Johnnie Lee Willis in 1941 en gecoverd door onder meer Elvis Presley in 1954.
Skip James (1902 - 1969)
![]() |
Skip James |
Peetie Wheatstraw (1902 - 1941)
![]() |
Peetie Wheatstraw |
Wat volgt
- De Blues doorheen de geschiedenis - Texas Blues, Hill Country Blues en Piedmont Blues
- De Blues doorheen de geschiedenis - W.C. Handy en de domesticatie van de blues
- De Blues doorheen de geschiedenis - Blues meets Jazz, Jugbands
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Roaring Twenties - Urban Blues
- De Blues doorheen de geschiedenis - Bessie Smith
- De Blues doorheen de geschiedenis - Ma Rainey
- De Blues doorheen de geschiedenis - Lonnie Johnson
- De Blues doorheen de geschiedenis - Leroy Carr
- De Blues doorheen de geschiedenis - Louis 'Satchmo" Armstrong
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Roaring Twenties - heropleven van de Country Blues
- De Blues doorheen de geschiedenis - Blind Willie McTell
- De Blues doorheen de geschiedenis - Eddie James 'Son House' Junior
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Thirsty Thirties, The Great Depression
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Thirties - Beterschap halverwege de jaren dertig
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Forties - Pre-rock Era
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Fifties - Rock 'n Roll
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Golden Sixties
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Seventies
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Eighties
- De Blues doorheen de geschiedenis - The Ninetees and on